Hoe iedereen het juiste wil doen maar niemand wist waar te beginnen: comité Leefbaarheid Wenckebachweg

Eind januari 2016 trilde mijn telefoon constant: de Whatsapp-groep met ruim honderd medebewoners van een studentencomplex had net via de media vernomen dat er een meisje verkracht was op de fietsroute naar onze wijk. Het zoveelste incident op rij gaf medebewoners een machteloos gevoel. Na 2 vergaderingen, een stuk of 10 belletjes, interviews met de NOS, SBS, het Parool en een bezoek van de burgemeester was de Wenckebachweg getransformeerd een positief voorbeeld voor studentencampussen door heel Nederland.

Op de Wenckebachweg staat een studentencomplex met 1.000 bewoonbare zeecontainers. Ze zijn ingericht als studio-appartementen. De ligging was bij de bouw al opmerkelijk: naast de Bijlmerbajes, op route naar een TBS-kliniek, op steenworpafstand van het clubhuis van de Hells Angels en naast een krakersdorp. Op de normale criminele activiteit na die plaatsvindt in iedere wijk van de stad na ging het er jarenlang goed. Misschien was één van de belangrijkste redenen dat de Angels er zaten: niemand was gek genoeg om daar wat uit te halen.

Maar de gemeente had nieuwe plannen met het gebied. De Angels werden elders ondergebracht en het gebied naast het nabijgelegen metrostation werd onder handen genomen. Het werd een bouwput, en lange tijd was het onduidelijk wat er met de wijk moest gebeuren. De studentenwoningen stonden geregistreerd als tijdelijke woningen en werden om de zoveel tijd met een aantal jaar verlengd. Hoewel je binnen 10 minuten fietsen in het centrum was, was het een beetje een vergeten wijk door de gemeente. Zoveel werd ook duidelijk toen ik ging rondbellen welk stadsdeel nou precies verantwoordelijk was voor het gebied. Niemand kon een bevredigend antwoord geven

En toen kwamen de problemen. Een toename aan het aantal dealers, intimidatie op straat, poging tot inbraak, openbaar geweld, en uiteindelijk de verkrachting van een medebewoner op route naar het complex. Meerdere nieuwssites publiceerden dit bericht en via de chatgroepen lieten bewoners elkaar weten zich niet veilig te voelen.

Van "Slacktivism" naar activism

Het onveilige gevoel kwam voort uit de machteloosheid die veel bewoners hadden. Als je zocht naar nieuwsberichten over het complex moest je ver teruggaan voor je een positief bericht zag. Ik wilde daar verandering in brengen en besloot een conceptbrief te schrijven naar de media. In deze brief deed ik een oproep aan medebewoners om, als ze het met mij eens waren, deze naar zoveel mogelijk media te sturen. Het bericht in de gesloten Facebookgroep werd flink opgepakt. Binnen een uur waren er meer dan 150 likes en 30 reacties. Mensen uitten hun steun, gaven aan waar ze de brief naar hadden gestuurd of suggereerden kranten en sites waar we het ook naar konden sturen. Er was momentum.

Later die dag stuurde ik een tweede bericht naar de groep. Inmiddels had ik reactie gehad van een aantal partijen die iets met het verhaal wilden doen. Ik wilde de media gebruiken om een ander verhaal over onze wijk te laten zien. Een succesverhaal. Een verhaal dat de bewoners liet zien dat we de macht hadden om het te verbeteren en hopelijk de steun van andere partijen om dat te doen. Maar ik wilde ze niet overweldigen: een veelvoorkomend probleem met activisme op social media is dat de aandacht snel wegvalt of dat de handeling die van de betrokkenen gevraagd worden te groot of te klein zijn. Ik stelde voor die avond een uurtje in het nabijgelegen café te gaan zitten en met een aantal mensen te brainstormen over wat we konden doen.

Die vrijdagavond zaten we met ongeveer 20 studenten aan een lange tafel. Ik stelde een planning voor: het eerste kwartier praten over de situatie, dan een halfuur brainstormen over vervolgstappen en dan weer een kwartier de rollen verdelen. Ideeën waren er voldoende: start een extra Facebookgroep zodat mensen hun terugreis uit het centrum ‘s nachts samen kunnen doen, maak een anoniem overzicht van alle problemen die besproken zijn in de Facebookgroep, vraag om meer straatverlichting en om cameratoezicht, neem contact op met de Amsterdamse Studentenraad, start een postercampagne die sociale cohesie stimuleert, organiseer een borrel voor de buurt. Al deze ideeën verdeelden we over de aanwezige studenten. Op dinsdag zouden we weer bij elkaar komen, weer een uurtje, en verdergaan.

Meedoen is belangrijker dan winnen


Ik nam de taak op me om de groep te coördineren en uit te breiden, en de media warm te houden. Nu had ik een sterk verhaal om naar de gemeente, de politie, de woningbouwvereniging en andere partijen te stappen: “op dinsdag komen wij bij elkaar om gezamenlijk de wijk te verbeteren na de verschrikkelijke gebeurtenis van afgelopen week. Daar zal media bij aanwezig zijn. Wij willen dat je ons laat zien dat jullie je steentje zullen bijdragen. Dat kan op twee manieren: wees bij onze vergadering aanwezig of laat ons weten dat jullie meedoen door initiatief te tonen. Je toont initiatief door ten minste één van onze vragen en verzoeken te beantwoorden.”

Dit sprak vrijwel alle partijen aan. Aan de verkrachting heeft alleen de dader schuld, maar dat het hiertoe heeft kunnen komen is een gedeelde schuld. Ik deed een pleidooi aan de partijen om deel te worden van de oplossing. Voordat de vergadering begon had ik van iedereen een mail ontvangen met toezegging tot deelname aan ons project.

Dinsdagavond zaten wij daar met meer dan 40 studenten, de ASR, vertegenwoordigers van de gemeente, de politie, Cordaan, de Key, de bewonersvereniging, en journalisten van AT5, folia, het Parool en Metro. Anderen hadden de informatie via mail gehad. We spraken weer een uur, vergaderden over oplossingen en borrelden. Er werden actiegroepen opgericht voor het organiseren van de postercampagne, evenementen voor de buurt, contact met de gemeente en ASR, een vragenuurtje met de wijkagent, een vast spreekuur met de woningbouwvereniging en het vervolg van het nu opgerichte comité Leefbaarheid Wenckebach. 

De media die wij spraken gebruikten titels als “studenten Wenckebachcomplex slaan armen ineen voor veiligheid”, andere media namen die berichtgeving over of schreven zelf een stukje erover. We sproken met NPO Radio 1, maakten een item met Hart van Nederland en burgemeester Eberhard van der Laan kwam langs om met ons te praten en te verzekeren dat ze voor ons aan de slag zouden gaan. Binnen een maand was er meer politiesurveillance, cameratoezicht, hadden we verbeterd contact met de wijkagent, haalde de samenfietsgroep meer dan 500 leden (ook van buiten het complex), was er een overleg opgezet tussen alle partijen en werden er meer activiteiten georganiseerd om de buren bij elkaar te krijgen. Doordat wij in het nieuws kwamen spraken ook in andere steden studenten zich uit over de veiligheid op hun campus. 

Een korte reflectie

Bovenstaande is een greep van de veranderingen die doorgevoerd zijn en inmiddels is er nog veel meer veranderd. De dader van de verkrachting is gelukkig opgepakt. Tijdens de beginfase van dit project had ik twijfel of ik dit moest doen, of het ethisch verantwoord en verstandig is om zo’n heftige gebeurtenis te gebruiken, ook al is het doel positieve verandering.

Wat er destijds gebeurd is kan niet teruggedraaid worden. Het onveilige gevoel van medebewoners is iets wat ik snap, en terugkeren op de plek waar je dit is overkomen moet een hel zijn. Het was tevens iets waar ik wat aan kon veranderen. Met deze actie wilde ik zorgen dat alle bewoners zich veilig voelden in de wijk. Dat als er iets gebeurt ze weten wat er gedaan kan worden. En een reden geven om trots te voelen voor de wijk waarin zij woonden. Studentencomplexen zijn een plek waar onwijs mooie dingen kunnen gebeuren en waar je een hele fijne tijd kan hebben om je te ontwikkelen en vormen. 

Ik ben trots op wat we destijds hebben kunnen doen.

En dit bericht werd een paar maanden na onze actie geplaatst: